Four seasons in one day?

23 februari 2019 - Invercargill, Nieuw-Zeeland

Zaterdag 23 februari, Invercargill

Gisteravond was er van de rustige camping weinig meer te merken. Tegen de avond stroomde het vol met grote 4x4’s en nog grotere trailers. Hele families stapten uit, de meesten al met het bier in de hand. Partytenten werden opgezet, de BBQ’s uitgestald, de muziek ging aan en de gezelligheid kon beginnen. Ook bij mijn Australische buren, waarvan de al twee dagen vrijgehouden plek eindelijk bezet werd (en natuurlijk niet op het plekje waar ik eerst wilde staan). Blijkbaar beginnen ze zo het weekend? Niet dat het heel luidruchtig was hoor, ondanks dat de drank rijkelijk vloeide. Al snel werd het flink koud, dus na een hete douche lekker m’n bedje opgezocht.

Voor mijn doen was ik vanmorgen al vroeg op en aangezien de camping nog in diepe rust was had ik de voorzieningen voor mij alleen. Nadat ik alle -inmiddels zwaar getinte- ramen van Count Dooku had gewassen ging ik op pad richting Invercargill. Met de kaart in de hand ben ik nog wel even naar mijn Australische buurman gelopen om te checken of de route die ik wilde rijden wel handig was. Hij verzekerde mij dat de Scenic Route echt alleen maar asfalt was, prima te rijden en met mooie dingen onderweg. Ik vertrouwde ‘m dan maar op z’n bruine ogen..

Ik moet zeggen dat hij gelijk had. Met af en toe wel veel bochten en ook het nodige stijgen en dalen was het een prima 100 km/uur weg. Op advies van hem ben ik in Papatowai gestopt bij de baai. Omdat het inmiddels wat regende en het laag tij was, ben ik na een korte stop weer verder gereden. Ook Florence Lookout was de moeite waard en daar kon ik een wandeling maken naar het strand beneden. Ware het niet het nog steeds regende, het paadje kniehoog in het onkruid stond en het hek naar een pad ernaast was afgesloten met een hangslot. Tot zover de wandeling. Mocht het wel gelukt zijn, dan was het tij op dat moment ongunstig om naar de grot te lopen.

Dus weer ingestapt en een stuk verderop zag ik een bordje met een wandelroute naar Lake Wilkie. Dertig minuten heen en terug. Van beide moet je je niet teveel voorstellen. Het was inderdaad een water(tje) en met 20 minuten zat ik weer in de auto. Maar wel mooi. Je waande je daar bijna in de jungle, zo groen en nat.

De hele route was anders dan voorgaande dagen. Deze streek heeft veel bos en groen, op sommige stukken lijkt het wel Noorwegen. De elanden staken alleen nog niet over. En hier hebben ze schapen; heel veel schapen! Ik maakte me al een beetje zorgen;-)

Nog wat verder ben ik afgeslagen naar de McLean Falls. Vanaf de ‘grote’ weg zou het 3 kilometer zijn naar de looproute. En ja hoor, het was wederom een gravelweg. Deze keer niet stoffig, maar modderig. Gister spinde Count Dooku af en toe bij geen grip bergopwaarts, vandaag gleed -ie zo ongeveer uit. Maar, we zijn er gekomen! De borden bij de parking beloofden niet veel goeds, maar aangezien het best druk was zullen we het vast wel overleven.

Het was een mooie en makkelijke route naar de waterval en die was ook bijzonder. Door al dat gekletter en gedrup onderweg werd de blaas wel geactiveerd; er stond ook niet voor niets een groot toiletgebouw op de parking.

Onderweg waren er zoveel dingen te zien, grotten, mooie baaien, watervallen: je moet keuzes maken. Ik had ook wel zin om een beetje door te rijden. Ergens halverwege bij Niagara moest ik kiezen om links te gaan voor de Coastal Route of rechts om mijn weg te vervolgen. Als ik rechtsaf keek lokte daar een vrij rechte, goede weg en een strak blauwe lucht en langs de kust, tja mijn eerdere ervaring was niet zo best. De keuze was snel gemaakt. Hier werd het vlakker en reed het fijn. Al bijna de hele route was ik zowat de enige die richting het zuiden reed, af en toe passeerden mij enkele tegenliggers. De meeste mensen rijden het Zuidereiland ook andersom, maar ja dwars als ik ben..

Het werd zonniger en warmer en het reed lekker door. Zo lekker, dat ik mijn geadviseerde stop bij Fortrose al voorbij was. Nou ja, ik had wel meer ‘gemist’ zoals Slopepoint, dan had ik via de kust moeten rijden.

Met volop zon arriveerde ik om precies twee uur bij Central City Camping Park. Niet zo groot, maar van alle gemakken voorzien. Zelfs een code voor de keuken en de douches en WiFi vouchers voor elke dag dat ik hier verblijf. Op loopafstand van het centrum, waar ik nu in het zonnetje dit blog zit te typen. Ik ben al even naar de I-site geweest voor wandelingen in en om Invercargill, info voor Stewart Island en over Fiordland. De stads WiFi is echt perfect hier, elke 24 uur krijg je gratis 2GB. Kan ik mooi alle foto’s even uploaden. De komende vier nachten blijf ik hier en ik denk dat dat helemaal goed komt!

Foto’s

3 Reacties

  1. Adrie en Jaap:
    23 februari 2019
    Hallo, Ingrid,
    Ik ben het helemaal eens met een andere "volgster" , je moet schrijfster worden, je schrijft zo pakkend, en gedetailleerd dat het inderdaad net lijkt of we van heel dichtbij met je mee gaan. Ga zo door, dan blijven "wij" vanuit Nederland ook genieten van je mooie foto's en verhalen 👍👍👍👍👍.groet Adrie en ook van Jaap natuurlijk.
  2. Simone:
    23 februari 2019
    Wat een veelzijdigheid qua natuur in deze blog..echt prachtig Ingrid!🍀
  3. Anetta:
    23 februari 2019
    Het verspreiden van gif is een project van de regering van Nieuw Zeeland. Het gif zoals op de borden wordt vermeld, is om uitheemse diersoorten zoals de rat, de buidelrat en de wezel te bestrijden. Deze dieren hebben ervoor gezorgd dat veel vogels in Nieuw Zeeland uitgestorven zijn omdat hun nesten leeggegeten worden door deze dieren.