Lost!

22 februari 2019 - Pouna, Mali

Donderdag 21 februari, Punawea

Na een heerlijke nachtrust (hoe kan het ook anders na zo’n dag) werd het tijd om in te pakken en verder te reizen. Vandaag trek ik verder langs de kust naar de regio van Nugget Point Lighthouse. Ik was nog op zoek naar een camping, dus bedankt Anetta voor de tip!

Omdat ik de banden wilde sparen op de scherpe stenen bij alle wegwerkzaamheden benedenlangs, ben ik weer bovenlangs gegaan via de Highcliff Road. Vlakbij Dunedin wilde ik graag een bezoekje brengen aan Tunnel Beach, opnieuw zo’n bijzonder stuk strand. En ja, ook hier kun je niet voor de deur parkeren en moet er opnieuw gedaald en geklommen worden. Binnen het kwartier ben je beneden, maar omhoog doe je er drie keer zo lang over. Gelukkig was het een breed en goed begaanbaar pad en mijn benen zijn ondertussen wel wat gewend. Zou je denken;-) Ook dit keer was het het meer dan waard, prachtig. Mega grote rotsen wat je vooral ervaart als je beneden op het strand staat. De selfie-suïcide toeristen waren hier ook aanwezig, wat een mafketels. Het waaide behoorlijk en de waarschuwingsborden en hekken staan er niet voor niets.

Met weer een mooie herinnering op zak ging ik verder op mijn route. Ik wilde nu gewoon een beetje opschieten en een normale weg, dus op zoek naar de 1. Vanaf Tunnel Beach had je twee keuzes, links naar Brighton en rechts naar Dunedin. Op de kaart dacht ik te hebben gezien dat ik bij Brighton ook de highway op kon, dus ik ging linksaf. Een mooie Scenic Route langs diverse prachtige stranden, de weg was goed begaanbaar en grotendeels 100 km/uur. In Brighton zag ik een bord staan dat je voor de Scenic Route rechtsaf moest, maar ik wilde naar de highway dus gewoon rechtdoor. Dat ging nog een tijdje goed, totdat de weg plotsklaps overging in een gravel weg. Ik dacht dat het van korte duur zou zijn, maar nee dus. Ondertussen begon het geslinger en gestijg weer en geen mens te zien behalve enkele schapen. En een grote stofwolk achter mijn auto. Op de kaart zag ik dat Waihola ook aan de 1 lag, dus daar zou de weg dan toch wel naar toe gaan? Helaas, ik ging naar mijn idee nergens naar toe. Omkeren was wat mij betreft ook geen optie, ik moest er toch bijna zijn? Bij elke berg waarvan ik dacht dat het de laatste zou zijn, doemden er weer nieuwe op. Ik heb mijzelf vaak horen zeggen: “Ah, nee hé?!” Gelukkig liet Count Dooku mij niet in de steek en zagen we na lange tijd een bord Milton. Als een kind zo blij was ik toen ik 11 kilometer later het vertrouwde bordje met een 1 erop zag.

Vier uur later en 140 kilometer verder kwam ik dan eindelijk aan bij Pounawea Motorcamp. Schitterend gelegen aan een baai en de weg er naar toe (vanaf de boodschappen in Balclutha) was peanuts vergeleken met de afgelopen dagen. De ontvangst was allerminst leuk, de receptioniste was nog bijna te beroerd om op te staan. Ik mocht echter kiezen waar ik wilde staan, dus eerst een rondje gereden over de camping. Strategisch dicht bij de voorzieningen wilde ik net parkeren, totdat er een dame druk gebarend aan kwam lopen dat ik daar weg moest wezen.  Die plek was voor andere mensen. Ik zag geen bordje met gereserveerd of spullen staan en zei dat dan ook tegen haar. Ze wilde eerst weten hoe lang ik dacht te blijven, want die plek was voor hun vrienden. Die pas een dag later zouden komen, dat terzijde. Iets verderop was ook nog een mooi plekje, maar voordat ik parkeerde heb ik wel even aan die buren gevraagd of het mocht.  Alsof het zo moest zijn bleken mijn vier boze buren -nadat ze de voortent en alles geïnstalleerd hadden- geen stroom te hebben. De paal was kapot en zou pas de volgende dag gerepareerd worden.

Gelijk na aankomst twee wassen gedraaid. Je moet het wel zien in het kader van niet schoon toch fris. In twintig minuten is het al klaar. Gelukkig was er een droogmolen, dus lekker wapperen maar. Toch regende het af en toe en op een gegeven moment was ook de wind weg, dus op het laatst alles maar een kwartiertje in de droger gestopt. Ondertussen moest er ook weer eten gekookt worden etcetera, dus voordat je het weet is het bedtijd.

Voor de lezers die bezorgd zijn dat ik niet teveel van mijzelf verg: nee hoor. Ik voel me hier heel goed, ben ontspannen, eet drie keer per dag gezond en slaap de meeste nachten tien uur. Het zijn soms best vermoeiende dagen, maar na een goede nacht heb ik weer energie voor drie.

Voor de niet oplettende lezers: ja ik slaap ook in deze auto. Ik kan er ook in koken, wat ik echter nog niet gedaan heb omdat ik campings met een keuken uitzoek. Het bed bestaat uit drie delen en als ik het achterste deel terugklap dan heb ik ruimte tussen de twee voorstoelen en het bed. Er zit namelijk geen achterbank in. Onder het bed in het midden zit een grote opbergruimte (voor koffer, kleding en voorraad water) en ook als je de achterklep opent zit een groot opbergvak (voor pannen, kookstel, servies, koelkast, boodschappen etcetera). Ik ben dus van alle gemakken voorzien behalve een toilet. ‘s Nachts bekijk ik de sterrenhemel op weg naar het campingtoilet en onderweg zijn genoeg openbare toiletten. Op de meest vreemde en afgelegen plekken en ze zijn schoon! Dus hoewel ik Count Dooku af en toe weleens verwens en de koelkast en binnenverlichting het vaker niet dan wel doen, ben ik er hartstikke blij mee!


Vrijdag 22 februari, Pounawea

Mijn boze Australische buren zijn gelukkig bijgedraaid en leuk gezelschap. Vanmorgen vroegen enkelen zich af of ik wel een goede nachtrust had gehad. Ja prima! Het duurde namelijk ruim elf uur voordat ze mij weer zagen. Ik was inderdaad tegen donker in de auto gekropen, want het werd opeens flink kouder met veel wind. In de nacht heeft het ook nog geregend. Omdat ik de koelkast wilde sparen heb ik de binnenverlichting niet gebruikt, maar kon ik nog wel een poos lezen op m’n e-reader. En waarom zou je ‘s ochtends vroeg opstaan als je niets hoeft?

Voor vertrek de laatste was gedraaid en opgehangen en met mijn buurvrouw afgesproken dat als het regende of als -ie droog was zij het binnen zou halen. Zij staan namelijk zo gepositioneerd dat ze alles in de gaten houden en ook niet van de camping af gaan. Daar kon ik dus handig gebruik van maken. Met de auto ben ik zo’n 30 kilometer verderop naar Kaka Point en Nugget Point Lighthouse gereden. Het strand bij Kaka Point was mooi, met veel rotsen op het strand. En voor de verandering kon je hier wel de auto voor de deur parkeren. Daarna verder gereden langs echt prachtige stranden omhoog naar de vuurtoren. Vanaf de parkeerplaats liep er een pad naar toe en dat was echt een eitje. Want een vuurtoren staat natuurlijk niet op het strand;-) En het was weer schitterend!

Al vroeg in de middag was ik terug en ja hoor, de was stond droog en wel netjes opgevouwen in de emmer voor de auto. Een goede buur...

Al enige tijd zoek ik naar een geschikte plek bij Bluff om te overnachten, maar kan op mijn manier nog niets vinden. Ik wil graag de overtocht maken naar Stewart Island, maar ook naar Invercargill en een goede uitvalsbasis hebben om te wandelen. De weersvoorspellingen voor dit weekend zijn koud en nat, dus om dan ergens afgelegen op een berg te zitten lokt me ook niet. Maandag en dinsdag zal het beter worden en dan kan ik dus naar Stewart Island. Uiteindelijk heb ik gekozen voor een stadscamping in Invercargill; het is eens wat anders. Even weer wat drukte opzoeken en de mogelijkheid om eens niet zelf te koken. Van daaruit loop ik zo het centrum in en kan ik prima naar de haven van Bluff en de natuur in om te wandelen. Ik moet ook nodig een plan maken voor de westkust, de fjorden, bergen en meren. Daarom blijf ik er vier nachten. Alleen nog een ‘snelle’ route vinden, hopelijk lukt het nu wel;-)

Foto’s

7 Reacties

  1. Adrie en Jaap:
    22 februari 2019
    Goedemorgen/avond, weer mooie dagen beleefd, zo te horen/zien en mooie foto's. Hier nu half acht, ik ga ff naar de markt, voor jouw slaap lekker!!! Groet Adrie
  2. Mam:
    22 februari 2019
    Dus bij de volgende gravelweg toch maar omkeren? Ingrid ,ik ben hartstikke trots op jou, love you
  3. Yvonne:
    22 februari 2019
    ingrid als je helemaal niet meer weet wat je met je verdere leven aanmoet kun je schrijfster worden, als jij schrijft is het net alsof ik erbij ben geweest, erg knap
  4. Margreet:
    22 februari 2019
    Tjeetje, wat een groot zeewier hebben ze daar....lijkt wel sciencefiction..... brrrr…. maar wat weer een prachtig avontuur. Heerlijk zo'n buuf die je was afhaalt en opvouwt !!
  5. Anetta:
    22 februari 2019
    Heel leuk om zo met je mee te reizen! Gelukkig zijn wij die receptioniste niet tegengekomen...
  6. Simone:
    22 februari 2019
    Geweldig Ingrid❣
  7. Esther:
    22 februari 2019
    Hey Ingrid, wij zitten hier ondertussen met een hele berg door Marcel uitgeprintte reismogelijkheden voor ons “New Zeeland -in-petto” ....daarnaast lekker jouw reisblog lezen;heerlijk! Zo komen wij alvast een beetje in de stemming en krijgen al die papieren ideetjes steeds meer kleur!